Onderzoekers van de Kyoto Universiteit hebben recent de aanwezigheid van de Chinese reuzensalamander (Andrias davidianus),…
Op dinsdag 6 november verdedigde promovenda Annemarieke Spitzen haar proefschrift over de impact van invasieve chytride schimmels op inheemse amfibieën. Haar werk toont de praktische mogelijkheden die beheerders hebben in het veld.
Het proefschrift getiteld ‘It takes three to tango. The impact of chytridiomycosis on native amphibians in the Netherlands’ biedt enerzijds ruim informatie over de verspreiding van de twee chytride schimmels Batrachochytrium dendrobatidis (Bd) en Batrachochytrium salamandrivorans (Bsal) in Nederland en België, maar gaat anderzijds ook uitgebreid in op de vraag hoe hier vanuit beheersoogpunt op kan worden gereageerd. Het is dus zowel een wetenschappelijk als praktisch document geworden.
Onderzoek
Het proefschrift begint op het moment dat we nog niet wisten of Bd in Nederland voorkwam. Bd werd echter al snel gevonden bij dieren die verhandeld worden en ook onder in het wild levende amfibieën blijkt Bd in België en Nederland ruim verspreid aanwezig. Op het oog lijkt Bd geen impact te hebben op onze inheemse soorten, terwijl er wel een hoogpathogene variant van de schimmel aanwezig is. De werkelijkheid ligt genuanceerder. Met Bd besmette geelbuikvuurpadden hebben een duidelijk verhoogde kans op sterfte, maar dat wordt momenteel gecompenseerd door een verhoogde reproductie. Hiermee wordt ook direct aangegeven hoe precair dit evenwicht is. Bij slecht habitatbeheer wordt het voor de dieren onmogelijk om die extra voortplanting te realiseren en is er wel degelijk een populatiecrash mogelijk.
Hierna gaat het proefschrift verder met de beschrijving van de ontdekking van Bsal als veroorzaker van de massale sterfte van de vuursalamander in Nederland (momenteel is nog 0,1% van de populatie over). Wel is Bsal waarschijnlijk een minder goed verspreider is dan gedacht. Dit betekent dat isolatie van besmette gebieden een effectieve beheersmaatregel is.